Deel drie – Hravatska

Dag 13 – Bike & Fly

Een beetje weemoedig zwaaien we de laatste deelnemers van de paragliding week uit. We moeten weer even onze draai vinden nu we weer met z’n tweetjes zijn en de vaste structuur van de lesweek ontbreekt. Wat zullen we vandaag eens gaan doen?

Frans heeft gisteren van een paraglider uit de buurt gehoord dat het vandaag een goede vliegdag zal worden, dus besluiten we nog een dagje in Lijak te blijven. We tuffen de berg op naar de startplek waar ik Frans achterlaat voor een hopelijk lange en veilige vlucht. Zelf rijd ik de bus naar de parkeerplaats in Solkan waar ik de fiets van de camper til om het fietspad dat ik van de week al een klein stukje heb verkend nu helemaal te fietsen. Af en toe stop ik om te kijken waar Frans zich bevindt; of hij nog in de lucht hangt of al ergens is geland. Ik fiets het hele stuk naar het dorpje Plavé waar ik net voor een steile klim weer omkeer. Eind van de middag hijs ik met enige moeite de fiets weer op de fietsendrager en rijd naar de landingsplek van de paragliders om te kijken of ik Frans ergens kan spotten. De timing is perfect: wanneer ik bij de landing aankom heeft Frans zijn scherm net weer veilig aan de grond gezet. Zittend in het weiland drinken we een glas koele cola terwijl we elkaar bijpraten over de ervaringen van onze fiets- en vliegtocht.

Frans heeft contact gemaakt met twee aardige Poolse piloten. Ze zijn samen opgevlogen en hebben elkaar de beste thermiek spots aangewezen. Frans heeft tweeënhalf uur in de lucht gehangen en heeft ongeveer dertig kilometer gevlogen. De wind bleek te sterk om tegen in te vliegen, waardoor een grotere tocht er niet in zat.
We bieden één van de Poolse piloten een lift aan naar de top van de berg waar zijn auto geparkeerd staat. Dat betekent voor ons zo’n veertig minuten omrijden, maar het is een goede gewoonte van paragliders onder elkaar om elkaar te helpen, dus dat doen we graag. Terwijl we omhoog rijden praten de mannen over de beste manier om tijdens een lange vlucht te plassen. Er zijn twee kampen: de luierdragers en de plascondoomdragers. Nadeel van de luier kan zijn dat het na verloop van tijd koud wordt. Net zoiets als dat je als kind in bed plaste en het na een uur koud werd. Een plascondoom zit minder comfortabel. Beide mannen zijn het er over eens dat je een drempel over moet om te durven plassen of je nu een luier of een condoom draagt.

Bij een grote, moderne supermarkt doen boodschappen voor de komende dagen en dan maken we een maaltijd in de camper. Ook wel weer eens lekker om niet uit eten te gaan.

Dag 14 – Hravatska

We worden wakker met de zon en een gevoel van vrijheid. Geen tijdschema’s meer. We ontbijten met gebakken ei, spek en tomaat in een lekker zonnetje met uitzicht op de bergen. We drinken nog een kopje koffie bij de eigenaresse van de camping alvorens we naar een guesthouse in een nabij gelegen dorpje rijden. We gaan onderzoeken of dit guesthouse geschikt is als onderkomen voor de paragliding groep voor volgend jaar. Op de camping missen we – vooral bij slecht weer – een gezamenlijke ruimte.
Als we bij het guesthouse aankomen is alles gesloten, maar even later zien we iemand lopen en na een korte uitleg krijgen we een rondleiding door het pand met achttien slaapplekken, een gezellig restaurant, een terras en een aparte ruimte waar we als groep kunnen samenkomen. Enthousiast sturen we foto’s door naar de leden van de Maurikparagliding crew, die inmiddels weer in Nederland zijn aangekomen.

Ik ben van Slovenië gaan houden. Het mooie landschap, de dromerige dorpjes, de eenvoudige eethuisjes en de rustige bevolking. De paar woordjes Sloveens die ik heb geleerd, dobredösli (welkom), dobre dan (goedendag) en hvala (bedankt) kunnen weer terug in een laadje in mijn brein, want vandaag gaan we naar Kroatië waar de taal net weer even anders is. De Slavische talen zijn lastig uit te spreken voor ons met soms wel vijf medeklinkers op een rij.
Het is regenachtig en de bergen zijn in nevel gehuld als we richting de Kroatische grens gaan. Via een glibberige bergpas rijden we door een verlaten landschap als we vrij onverwacht bij een douanepost komen: welkom in Hravatska ofwel Kroatië! De vrouwelijke douanebeambte bekijkt onze paspoorten en vraagt waar we naartoe gaan. Ze zegt lachend tegen me dat we er zo ‘excited’ uitzien en wenst ons een fijn verblijf.

Ongemerkt is het landschap veranderd van frisgroen naar mediterraan groen, van beukenbomen naar sparren en olijfbomen. De bodem is stenig en roestbruin van kleur. Van grote hoogte kijken we neer op de Adriatische zee. In de diepte ligt de stad Reijka met zijn rode daken, de oceaan is blauw met vele eilanden die met imposante bruggen met elkaar zijn verbonden.

Ik vind dat de camper niet lekker op de weg ligt; het stuur trilt en ergens zit een hobbel bij de banden. Toen ik bij een steile helling naar beneden moest stoppen voor een verkeerslicht sprong de ABS erop, daar ben ik wat van geschrokken. Daarom controleren we bij een benzinepomp de bandenspanning, maar die lijkt goed. We vinden niets vreemds en concluderen dat het waarschijnlijk het wegdek is geweest.
Via een brug bereiken we het eiland Krk. Ik heb een minicamping uitgezocht vlak bij het middeleeuwse stadje Krk waar het eiland naar is genoemd. De gastvrouw geeft ons een warm welkom en we zoeken een plekje onder de olijfbomen met uitzicht op een tuin en een huis in aanbouw.

We wandelen via steile straatjes en het kleine dorpje Skrpici naar zee. We vinden er een lieflijke baai met rotsen en een cafeetje. Het helder blauwe water nodigt uit om te zwemmen, maar vanwege mijn keelpijn en een hardnekkige hoest besluiten we dat niet te doen. Eén van de paragliders heeft van de week de hele groep aangestoken; aan het eind van de week had iedereen last van een zere keel en kriebelhoest. Bij de zelftest dacht ik nog even dat ik corona had toen er een streepje bij de c verscheen. Op de verpakking las ik gelukkig dat de c niet voor covid, maar voor controle stond en zeer waarschijnlijk betekent dat ik niet besmet ben met het coronavirus.

Dag 15 – Op de fiets naar Krk

Het eerste uur na het ontwaken rochelen en hoesten we als een stelletje bejaarden met rokerslongen, als we eenmaal wat slijm hebben opgehoest gaat het beter. We voelen ons verder niet ziek, dus besluiten we de tien kilometer naar het stadje Krk op de fiets af te leggen. De gastvrouw heeft ons wel gewaarschuwd dat dat zonder elektrische fietsen een uitdaging zal zijn vanwege het heuvelachtige karakter van de weg. De eerste vier kilometer zijn bergop, daarna volgt een zes kilometer lange afdaling naar het aan zee gelegen Krk.

De zon brandt fel, maar er waait een koude, noorden wind, de Bora, waardoor de temperatuur niet boven de twintig graden uitkomt. Na vier kilometer klimmen bereiken we het gehuchtje Vrh waar we op een stenen muurtje even uitpuffen voordat we aan de lange afdaling beginnen. Het is een kleine, smalle maar toch wel drukke weg. Gelukkig houden de meeste auto’s een prettige afstand aan om ons te passeren.
In Krk parkeren we onze fietsen en gaan op zoek naar de Zagrebski Banka om Kroatische Kuna’s te pinnen. Hadden we even niet aan gedacht dat ze in Kroatië pas volgend jaar de Euro introduceren en nu nog betalen met de Kuna. Bij campings, restaurants en supermarktjes moet contant worden betaald. Een basisvoorraad Kuna’s is dus handig.

We picknicken op een bankje in een parkje met heerlijk geurende struiken en uitzicht op het haventje met plezierjachten, daarna dwalen we wat door het middeleeuwse stadje met uitgesleten stenen trapjes, oude stadsmuren, kerken en torens.

We verzamelen moed voor de zeven kilometer lange klim naar Hvr, waarin twee echt steile stukken zitten die mijn benen doen verzuren en waardoor ik hijgend als een paard bovenkom. Bij de afdaling bedenk ik bewonderend dat we dit hele stuk vanochtend zonder al te veel problemen hebben beklommen. Dat hebben we toch maar mooi gefikst. Nog even een duik in het zwembad en dan lekker warm douchen.

’s Avonds eten we bij de pizzeria van Skrpcici pasta, pizza en salade. In de camper kijken we samen naar een aflevering van Boer zoekt vrouw.

Dag 16 – Werk en water

’s Ochtends lees ik lekker in mijn boek, was de fietsbroeken uit, doe de afwas en maak een praatje met de gastvrouw van de camping en wat andere campinggasten, terwijl Frans achter zijn laptop wat werk verricht voor een aantal klanten van hem.

Halverwege de middag fietsen we naar zee waar we ons installeren op een rots met uitzicht op zee en het eiland Cres. Ditmaal duiken we wel in het helderblauwe water dat veel kouder is dan het eruit ziet en ons naar adem laat happen. De duik is verfrissend maar slaat op mijn longen. De rest van dag ben ik wat benauwd. We sluiten ons verblijf op dit idyllische strandje af met een drankje op een schommelstoel onder een parasol met uitzicht op de baai.

Dag 17 – Vrbnic

Via internet kopen we kaartjes voor het Nationale Park van de Plitvice meren die we morgen willen bezoeken. We pakken de spullen in, nemen afscheid van de hartelijke gastvrouw, doen boodschappen bij een grote supermarkt waar Frans nog even voor telefonische helpdesk speelt voor één van de zijn klanten en koersen dan naar het stadje Vrbnic dat op een heuvel aan zee ligt. We parkeren de camper beneden op een onverhard parkeerterrein en klimmen omhoog langs velden met wijnranken naar de smalle straatjes van Vrbnic vanwaar we een fraai uitzicht op zee hebben. In de verte zien we het vaste land met het rotsige Velebit gebergte liggen. Vrbnic ligt in de wijnstreek van het eiland Krk en staat bekend om de smalste straat van Europa: deze smalle doorgang is zesenveertig centimeter. Ik pas er nauwelijks doorheen.

Via een vers geasfalteerde weg klimmen we omhoog door het Velebit gebergte, daarna rijden we door vele tunnels het binnenland in, waarbij het landschap als we één van de tunnels uitkomen plotsklaps is veranderd in een sappig groen weidelandschap met bloeiende appelbomen. We passeren verlaten dorpjes met kapotgeschoten huizen vol kogelgaten en afgebrande kerkjes; een trieste nalatenschap van de oorlog die in de jaren negentig in de Balkan woedde. Hier op de grens tussen Kroatië en Bosnië-Herzegovina is heftig gevochten. Het kustgebied is modern, er staan grote huizen, maar hier in het gebergte is het veel armoediger. We zien kleine huisjes, smoezelige kindjes die op de stoffige grond zitten te spelen en moeders die de roodbruine aarde van hun moestuintjes bewerken. Schapen, honden en geitjes lopen op de weg. Onze navigatie geeft aan dat we de laatste vijftig kilometer in iets meer dan anderhalf uur zullen afleggen. Ik vraag me af hoe het mogelijk is dat we in zo’n desolaat landschap rijden met zo’n klein, slingerend weggetje terwijl de Plitvice meren in het hoogseizoen zo’n vijftienduizend bezoekers per dag ontvangen, die met busladingen tegelijkertijd worden aangevoerd. Er moet ergens een grotere weg lopen, want ik kan me niet voorstellen dat al die mensen via deze route worden geleid. Ik ben wel blij dat onze navigatie ons op dit mooie spoor heeft gezet. De laatste dertig kilometer door het National Park de Plitvice zijn echt prachig: een bochtige weg waar je niemand wil tegenkomen door frisgroen bladerdek met overal stromende beekjes en watervallen.

Autocamp Korana is een aparte camping; overal heuvels met sappig gras en picknick bankjes, alsof je je camper midden in de natuur hebt staan. Vogeltjes fluiten er uit volle borst en pikken de broodkruimels vlak voor onze voeten weg. We dineren op een picknick bank die op een heuveltje staat met uitzicht op het bos. Toch is onze stemming wat somber, want Frans heeft last van zijn oog. Sinds zaterdag wordt zijn zicht langzaam minder. We hebben al een paar keer contact gehad met de oogarts waar hij onder behandeling is en overwegen om terug te gaan naar Nederland.

Dag 18 – Plitvice meren

Meer dan dertig jaar geleden zijn Frans en ik op vakantie geweest naar het toenmalige Joegoslavië waarbij we ook de Plitvice meren hebben bezocht. Sindsdien staan de Plitvice meren op mijn verlanglijstje om nog eens te bezoeken en vandaag is het dan zover. We hebben kaartjes gekocht waarmee we tussen acht en negen uur ’s ochtends het park in mogen. Om iets voor achten melden we ons bij de entree. Het is een rustige dag vandaag en het eerste uur hebben we de watervallen en meren helemaal voor ons alleen.
In het karstgesteente zijn twaalf meren uitgesleten die door watervallen met elkaar zijn verbonden. Via paadjes langs de oevers van de meren en via houten vlonders wandelen we langs en over het azuurblauwe water. Het ene meer is nog mooier dan het andere, de ene waterval nog spectaculairder dan de vorige. Uren lopen we verwonderd door zoveel natuurpracht rond. Af en toe pauzeren we op een boomstronk om de natuur op ons in te laten werken en om wat te eten en te drinken. Op één van de vlonders staan we ineens oog in oog met degene die Frans en de Maurikcrew heeft gefilmd voor Omroep Gelderland en haar dochter. Wat een toeval. Hoe groot is de kans dat je hier vandaag op deze plek een bekende tegenkomt? We kletsen even wat bij en maken foto’s van ons viertjes en lopen weer door. Niet veel later herhaald zich het tafereel. Frans houdt zijn pas in, de vrouw die ons met haar dochters tegemoet komt eveneens, ‘hé dat is lang geleden’ wordt er geroepen. De dochters en ik staan er wat verdwaasd bij. Frans en de vrouw kennen elkaar van het werk en wisselen nieuwtjes uit. Na tien minuutjes wandelen we weer door. Tweemaal een toevallige ontmoeting op één dag bij de Plitvice meren in Kroatië.

We blijven tot vijf uur in het park. Dan hebben we echt wel alle meren gezien, langs bijna alle oevers gewandeld en zijn we met een elektrische boot het Kozjak meer over gestoken. Moe maar voldaan rijden we terug naar ons kamp waar we een potje koken en nagenieten van deze bijzondere dag.

Het interieur van het sanitair gebouw ziet er met zijn geelgestreepte tegels uit alsof het nog uit het Tito tijdperk stamt. Er lopen voortdurend twee dames rond die met een zwabber de vloer schoonhouden en voor de deur ligt een badhanddoek waarop je je voeten mag vegen voordat je het gebouw binnen gaat. ‘Wie bedenkt nu zoiets?’, vraagt Frans zichzelf af, terwijl hij de vaat in de diepe bak zet die bedoeld is om in af te wassen. De bak is zo diep dat je zwaar voorover moet bukken om bij je borden en mokken te komen, het water komt met zo’n kracht uit de kraan dat alles inclusief de afwasser kletsnet wordt. Terwijl we de afwas doen komen de dames met de zwabber langs om de vloer die wij nat hebben gespetterd weer te drogen.
Bij de douches is het de bedoeling dat je al je kleding en je handdoek buiten aan haakjes hangt. In de douche zelf is daar geen ruimte voor. Ik zie naast mij al een fleurig slipje en een trui aan de haak hangen. Wanneer ik de douche aanzet, krijg ik direct een forse koude straal in mijn gezicht, daarna gaat de douchekop die los hangt een eigen leven leiden. Met een draaiende beweging spuit het water hard tegen de achterwand en zelfs over de deur heen naar buiten. Maar uiteindelijk blijkt het de lekkerste douche te zijn die ik in lange tijd heb gehad, met zo’n ouderwets lekkere harde straal en heerlijk warm water. Nu even niet aan het milieu denken, maar alleen aan mezelf.

Dag 19 – Tomografie

Frans heeft een onderzoek voor zijn oog nodig. In eerste instantie wilden we daarom vandaag terug naar huis rijden, maar Frans kwam op het idee om zijn oog in Kroatië te laten onderzoeken. De oogarts in Nederland vond dat een goed idee mits we haar op de hoogte brengen van de uitkomsten van het onderzoek.
Terwijl Frans rijdt zoek ik via Google Translate op wat oogarts is in het Kroatisch, op basis hiervan ga ik zoeken op internet naar een oogarts in de buurt van Zadar. Al vrij snel vind ik een kliniek die gespecialiseerd is in de behandeling van staar, een soortgelijke kliniek als waar Frans in Nederland onder behandeling is. Op een parkeerterrein trekken we onze nette kleding aan, doen even een schietgebedje dat we bij een deskundige arts terechtkomen en stappen op goed geluk de kliniek binnen. We houden er rekening mee dat we voorlopig niet geholpen worden en misschien ergens volgende week een afspraak kunnen maken voor onderzoek.
We leggen ons probleem voor aan de dame van de balie. Ze begrijpt dat we een onderzoek van het rechteroog van Frans willen. Helaas is de arts vandaag naar een congres en maandag heeft hij de hele dag operaties. Ze verwijst ons naar de spoedeisende hulp van het algemene ziekenhuis een eindje verderop. Dat lijkt ons geen goede optie. Ik vraag of er misschien nog ergens een oogarts in Zadar te vinden is. Ze denkt even na en begint dan te glimlachen, pakt de telefoon en loopt weg. Even later komt ze terug met een briefje met een naam en adres. Dit is dokter Maria, ik heb haar net gebeld en u kunt nu bij haar terecht. Springend van blijdschap schudden we haar hand en bedanken haar hartelijk. Dan rijden we naar het opgegeven adres. Ik denk aan de oogartsen in Nederland waar je echt niet zonder afspraak terecht kunt, wel een beetje vreemd dat deze arts blijkbaar zo weinig te doen heeft dat we zomaar direct langs kunnen komen. Ik hoop maar dat het een deskundig iemand is. Het kleine gebouw waar de oogarts is gevestigd ziet er fris en modern uit. We melden ons bij de balie en worden door een vriendelijk meisje geholpen. Ze verontschuldigt zich dat de oogarts nog even bezig is, er zijn wat computerproblemen. Verder bedankt ze ons dat we naar hun praktijk zijn gekomen. Ik heb direct vertrouwen in Marije Kalensi Colega, ze is een rustige, fris uitziende arts, die eerst het zicht van het oog onderzoekt en dan vraagt of ze een tomografie van het oog mag maken, omdat ze verwacht dat er vocht in de macula, het centrale deel van het netvlies zit, waardoor het zicht wordt vertroebeld. De apparatuur is splinternieuw en nog niet gebruikt, vertelt ze. Ze is net voor zichzelf begonnen en zit nog in de opstartfase, hiervoor heeft ze jaren in het algemene ziekenhuis en in de kliniek waar we eerst waren gewerkt. Ze toont ons op de computer de beelden van het onderzoek, er zit inderdaad vocht in de macula dat er niet hoort. Het is geen acuut probleem maar moet wel binnen een paar dagen worden behandeld dan heeft het goede vooruitzichten op genezing. Ze schrijft ons druppels en pillen voor en vertelt dat we naar een netvliesspecialist moeten om het verder te laten behandelen. We danken haar hartelijk en nemen het rapport van het onderzoek en het beeldmateriaal in ontvangst.
Frans belt met de oogarts in Nederland om te overleggen. Het blijkt niet nodig om terug te keren naar Nederland, het oog kan met druppels worden behandeld. In eerste instantie willen we de oogdruppels uit Nederland laten overkomen en laten bezorgen via DHL bij de camping. Daarom kiezen we een grote camping uit met een receptie die we inlichten dat er binnenkort een pakketje voor ons uit Nederland komt. Maar de oogarts belt terug, er is overleg geweest en de medicijnen die de Kroatische arts heeft voorgeschreven zijn goedgekeurd en kunnen we ter behandeling van het oog gebruiken. Het is bijna vijf uur in de middag als we net voor sluitingstijd de apotheek binnenlopen om de oogdruppels te kopen. Een uurtje later zitten we in de camper bij te komen van alle acties en onverwachte wendingen van vandaag. Ongelooflijk. Het is ons gelukt. In één dag een oogarts gevonden, een goede diagnose gekregen en de juiste medicijnen. En het allerbelangrijkst: een goede kans op volledig herstel van het oog. Vanochtend wilden we nog terugkeren naar Nederland, nu kunnen we weer plannen maken voor het vervolg van de reis. De onzekerheid over de ernst van de klachten van het oog van Frans had de laatste dagen als een soort zwaard van Damocles boven ons hoofd gehangen.

Dag 20 – Zeeorgel

Vanuit de camping wandelen we naar de oude binnenstad van Zadar. Vannacht heb ik keelpijn gekregen en ik ben wat rillerig. Terwijl iedereen om me heen in shirtjes met blote mouwen over straat gaat, draag ik mijn donsjas met een sjaal om mijn hals. Ik heb het koud.

Zadar is een stad met glad afgesleten marmeren stenen, ronde stadpoorten, oude stadsmuren en stamt uit de Romeinse tijd. Er is een archeologisch museum en overal liggen stenen en brokstukken van pilaren uitgestald. Op een plein met een kerk en een toren wordt muziek gedraaid. Het is er gezellig druk. Het ruikt er kruidig naar maggiplant, rozemarijn en tijm en de zoete geur van kleine witbloeiende struiken waarvan ik de naam niet weet.

Bij een betonnen plateau aan zee klinken lage, rustgevende klanken. De kunstenaar Nikola Basic heeft om de zeepromenade aantrekkelijker te maken twee kunstobjecten gemaakt. De lage klanken die door de stenen omhoog trillen worden gemaakt door zijn zeeorgel: de golven van de zee stromen in de onder het plateau gelegen orgelpijpen en produceren zodoende de klanken die iets weg hebben van het geluid dat walvissen maken. Het andere kunstobject heet ‘greeting to the sun’. Het bestaat uit driehonderd zonnepanelen die in een cirkel met een diameter van tweeëntwintig meter zijn gelegd. ’s Avonds geven de panelen een lichtshow. Het monument voor de zon symboliseert  communicatie via het licht, het nabij gelegen zeeorgel communicatie door middel van klanken. Behalve de zon, liggen ook de planeten mars, venus, uranus, jupiter, saturnus en mercurius op ware schaalgrootte en afstand tot de zon afgebeeld in de stenen.

We hebben de programmamaakster van Omroep Gelderland en haar dochter uitgenodigd om vanavond samen te eten. Om zeven uur treffen we elkaar bij restaurant 2Ribera. Hoewel we elkaar nauwelijks kennen hebben we geanimeerde gesprekken en wordt het een gezellige avond. Na het eten gaan de dames terug naar het hotel, want morgen vertrekt hun vliegtuig al vroeg in de ochtend. Wij maken nog een rondje door de binnenstad die sfeervol verlicht is, zitten een tijdje bij het zeeorgel om de klanken in ons op te nemen en maken foto’s van de lichtshow bij het monument van de zon. Daarna wandelen we via de haven de ruim vier kilometer terug naar de camping.

Dag 21 – Sauna

Vandaag wordt wereldwijd het event ‘Wings for life’ gehouden. Het is een hardlooprace in meer dan twintig landen om geld in te zamelen voor onderzoek naar ziekten van het centrale zenuwstelsel. Gisteren in het centrum van Zadar zagen we al overal mensen in rolstoelen rondrijden en stonden de inschrijfbalies voor vandaag al klaar. Er gaan vijfduizend deelnemers uit verschillende landen meedoen, zo vertelde een vrolijke jonge vrouw uit Roemenië. De start is in alle landen op hetzelfde tijdstip; voor Kroatië is dat om één uur ’s middags. Je mag net zo lang blijven rennen totdat de bezemwagen je uit de wedstrijd haalt, de lopers krijgen een half uur voorsprong op de auto, waarbij telkens de achterste loper de strijd moet staken. Je moet dus hard lopen om de auto voor te blijven, vertelde de Roemeense ons lachend.

We hebben even overwogen om naar de start te gaan kijken, maar donkere wolken pakken zich samen. Er hangt regen en onweer in de lucht, daarom besluiten we gebruik te maken van het wellness gedeelte van onze luxe camping. Frans duikt de sauna in en ik trakteer mezelf op een kort verblijf in het stoombad. In het buitenzwembad plenzen de regendruppels op me neer, totdat er een bliksemflits aan de hemel verschijnt en ik het zwembad verlaat. De regen komt werkelijk met bakken uit de hemel. In de relaxruimte soezen en lezen we tot de regen stopt. Als Frans zich wil aankleden krijgt hij zijn kluisje niet open, we moeten een tijdje – Frans alleen gehuld in een badhanddoek – wachten op een monteur die het kluisje voor ons kan openen.

Als we onze ouders bellen, horen we dat het in Nederland een warme zonnige dag is. Wij eten de avondmaaltijd in de camper met een dikke trui aan en zitten dicht tegen elkaar aan terwijl we naar een samenvatting van de eredivisie kijken. De ontknoping van het seizoen nadert, wordt het Ajax of toch PSV? Wanneer het droog wordt, maken we bij zonsondergang nog een wandeling langs de zee. De pasteltinten in de lucht zijn schilderachtig.

Dag 22 – Werk

Vandaag heeft Frans een werkdag ingepland. Eén van zijn klanten heeft een omzetting van een systeem en Frans moet stand-by staan om hulp te kunnen bieden mocht er iets mis gaan. We hebben daarom besloten nog een dagje te blijven op deze premium vijfsterren camping; de plekken zijn ruim, de camper staat vlak, er is een supermarkt en een bakker op het terrein, we kunnen een duik nemen in het zwembad of de zee (tot nu toe was dit niet heel aantrekkelijk door de frisse temperaturen, maar vandaag is het eindelijk zonnig), en belangrijk voor Frans: er is hier een goede internet verbinding en de laptop kan aan de stroom. We nemen dan maar voor lief dat het een soort dorp is met een aaneenschakeling van campers met weinig privacy.

Frans werkt en ik schrijf. We zitten beide achter de laptop in de camper. De stoelen buiten zijn gisteren kletsnat geregend en we krijgen nog natte billen als we daar op gaan zitten. Af en toe pauzeren we even, dan wandelen we via de promenade naar de zee met uitzicht op het eiland Ugjan en drinkt Frans een cappuccino en ik een kopje muntthee met honing, mijn favoriete drankje om mijn keel te verzachten, waarna we weer terug slenteren naar de camper om verder te werken. Tussen de middag bak ik een eitje en eten we vers brood dat ik bij het broodstalletje op de hoek van de straat heb gekocht, terwijl we plannen maken voor het vervolg van onze reis.

3 Reacties

  1. Bedankt Dorothé voor je mooie verslag van jullie reis. Hopelijk gaat het snel beter met Frans z’n oog. Groetjes Margo

  2. Het lijkt soms meer op een survivaltocht maar wel super hoor ook jullie doorzettingsvermogen
    Leuk weer om te lezen. Veel herkenningsplaatsen zoals krk, zadar rejieka, plitvice. Allemaal prachtig. Allren dat smaltste straatje heb ik zelf gemist. Super avontuur. Veel plezier nog verder en geniet ervan. Maar dat doen jullie wel zo te lezen. Met volle teugen.
    Lieve groeten, Esther.

  3. Oh wat een goed bericht dat het beter gaat met Het oog van Frans. Gelukkig kunnen jullie de reis voortzetten. Mooi he Kroatië en die meren…schitterend …en tussendoor voetbal kijken en boer zoekt vrouw…haha geweldig. Plezier en liefs van mij🥰

Laat een reactie achter bij Esther van UumReactie annuleren